Natriumlampen



De roestige strop houdt de rails op zijn plaats. Ik staar ernaar. De donkerbruine spoorbiels is gebarsten. Het ijskoude Ijs vult de scheuren. De biels dampt van de kou. Het ijzeren ijzer van de rails dringt zich op en de uitstralende kou bereikt mijn neus. Ik snuif het op. Tezamen met de omringende mist. Op het perron hoor ik zachte kuchjes van kleumende mensen diep in hun sjaal gedoken. Het zijn er niet veel. Een man of vier. De donkerte, bijgelicht door het flauwe schijnsel van lichtreclames, accentueert hun eenzaamheid. Zoals de mijne. Vanuit de verte, onzichtbaar, klinken industriegeluiden. Flauwe mistige contouren van rangerende goederentreinen. Piepende remmen. Ik volg het zilveren lint van de rails verlicht door natriumlampen. Het zilveren lint verdwijnt zachtjes in de dampende mist. Zoals ook mensen in de dampende mist kunnen verdwijnen. Het is koud in Venlo.

H.H. (2010) 







































































































Geen opmerkingen: